Snelbus: verschil tussen versies
| Regel 2: | Regel 2: | ||
Een '''snelbus''' is een bus die als doel heeft om snelle verbindingen te realiseren. Vaak hebben dergelijke verbindingen minder of totaal geen tussenliggende haltes. | Een '''snelbus''' is een bus die als doel heeft om snelle verbindingen te realiseren. Vaak hebben dergelijke verbindingen minder of totaal geen tussenliggende haltes. | ||
| − | Voorbeelden van typische snelbusverbindingen zijn die van een station naar een attractiepark (zoals [[Lijn 491 Den Haag Centraal Station - Wassenaar Park Duinrell|Duinrell]], [[Lijn 169 Kaatsheuvel Efteling - Tilburg Centraal Station|Efteling]] of [[Lijn 247 Harderwijk Station NS - Biddinghuizen Walibi World|Walibi World]]) of die van een (bus)station naar een ander (bus)station. | + | Voorbeelden van typische snelbusverbindingen zijn die van een station naar een attractiepark (zoals [[Lijn 491 Den Haag Centraal Station - Wassenaar Park Duinrell|Duinrell]], [[Lijn 169 Kaatsheuvel Efteling - Tilburg Centraal Station|Efteling]] of [[Lijn 247 Harderwijk Station NS - Biddinghuizen Walibi World|Walibi World]]) of die van een (bus)station naar een ander (bus)station. Daarnaast worden vaak snelbussen vaan ingezet als vervangend vervoer bij problemen of werkzaamheden aan het spoor. De snelbus stopt dan meestal alleen op de [[Intercity]] stations. De tegenhanger van de snelbus is in dat soort gevallen de [[stopbus]]. |
Soms worden op snelbussen gelede of luxere bussen ingezet, maar richtlijnen daarvoor bestaan niet. Voorbeelden zijn onder meer de [[Hanzeliner]], [[Interliner]], [[Qliner]] en de bussen voor de [[Valleilijn]]. | Soms worden op snelbussen gelede of luxere bussen ingezet, maar richtlijnen daarvoor bestaan niet. Voorbeelden zijn onder meer de [[Hanzeliner]], [[Interliner]], [[Qliner]] en de bussen voor de [[Valleilijn]]. | ||
Versie van 6 nov 2010 om 14:05
Een snelbus is een bus die als doel heeft om snelle verbindingen te realiseren. Vaak hebben dergelijke verbindingen minder of totaal geen tussenliggende haltes.
Voorbeelden van typische snelbusverbindingen zijn die van een station naar een attractiepark (zoals Duinrell, Efteling of Walibi World) of die van een (bus)station naar een ander (bus)station. Daarnaast worden vaak snelbussen vaan ingezet als vervangend vervoer bij problemen of werkzaamheden aan het spoor. De snelbus stopt dan meestal alleen op de Intercity stations. De tegenhanger van de snelbus is in dat soort gevallen de stopbus.
Soms worden op snelbussen gelede of luxere bussen ingezet, maar richtlijnen daarvoor bestaan niet. Voorbeelden zijn onder meer de Hanzeliner, Interliner, Qliner en de bussen voor de Valleilijn.
