Metro van Berlijn

Uit OV in Nederland Wiki
Versie door Ardan (overleg | bijdragen) op 18 mei 2011 om 01:02
Ga naar: navigatie, zoeken
Metro nieuw.svg Metronet van Berlijn
Vervoerder BVG
Spoorbreedte 1435 millimeter
Opening 15 februari 1902
Bestand:U6 Platz der Luftbrücke.JPG
Een metro van lijn U6 richting Alt-Mariendorf op station Platz der Luftbrücke, 14 augustus 2010.
Bestand:Spittelmarkt.JPG
Twee metro's van het type Hk op station Spittelmarkt aan lijn U2, 14 augustus 2010.

Het metronet van Berlijn is één van de grootste en oudste netten van Europa. De eerste lijn werd in 1902 geopend en liep van Warschauerstraße naar Knie (teg. Ernst Reuterplatz), met een aftakking naar Potsdamerplatz, een traject dat tegenwoordig door de lijnen U1 en U2 bereden wordt.

Geschiedenis


Spoedig zal hier informatie verschijnen.

Groß- en Kleinprofil


De eerste vier lijnen van de Berlijnse metro zijn door particuliere maatschappijen aangelegd. Lijn U4 is bijvoorbeeld door de toen nog zelfstandige gemeente Wilmersdorf bekostigd. Over deze vier 'oerlijnen', U1 t/m U4, reden voertuigen van 2.35 meter breed.
Rond 1925 werd de metroaanleg meer en meer door de 'Stadsregio' gecoördineerd. Voor de verder aan te leggen lijnen werd voor bredere voertuigen gekozen met een breedte van 2.65 meter. Hierdoor ontstonden in feite twee losse netwerken, het Kleinprofil van de lijnen 1 t/m 4 en het Großprofil van de lijnen 5 t/m 9. Omdat lijn 55 in de toekomst op lijn 5 zal worden aangesloten is ook deze lijn in Großprofil uitgevoerd.
De metrotreinen kunnen niet op elkaars netwerk rijden, al is het logischerwijze alleen maar omdat Großprofiltreinen te breed zijn om langs perrons van het kleinprofiel te kunnen. Stroomafname gebeurt bij beide profielen via de derde rail, echter, bij het kleinprofiel wordt de stroom aan de bovenkant van de rail afgenomen en bij het grootprofiel aan de onderkant.
Beide netwerken hebben hun eigen hoofdwerkplaatsen voor onderhoud, schoonmaak en reparatie. Het kleinprofieldepot bevindt zich bij station Olympiastadion aan lijn U2, waar ook een metromuseum is gevestigd. De werkplaats bij station Warschauerstraße, die sinds enkele jaren niet meer in gebruik is, bestaat ook nog steeds. Ook het eindpunt van lijn 3, Krumme Lanke, heeft nog enkele opstelsporen die nog stammen uit de tijd dat elke lijn zijn eigen maatschappij en dus ook onderhoudsplaats had. Voor lijn 4 is er een bescheiden ondergronds depot geweest achter station Innsbrückerplatz, die echter sinds lang niet meer in gebruik is. Wel ligt er hier nog een Blinde Tunnel.
Het grootprofielnet heeft zijn hoofdwerkplaats zitten bij station Seestraße aan lijn 6. Ook is er een bescheiden depot bij station Friedrichsfelde aan lijn 5. Omdat de lijnen bij deze bovengronds liggende werkplaatsen ondergronds liggen, zijn er verbindingssporen aangelegd naar boven.


Ondanks dat treinen op de beide profielnetten niet uitwisselbaar zijn, zijn er toch verbindingstunnels. Één tunnel bevindt zich tussen Deutsche Oper van lijn 2 en Richard Wagnerplatz van lijn 7. Lijn 7 was vroeger een pendelmetrolijn tussen deze twee stations, maar tegenwoordig is het een losse lijn die lijn 2 kruist op station Bismarckstraße. Hierbij is station Richard Wagnerplatz omgebouwd naar een grootprofielstation. Station Deutsche Oper is wel nog altijd viersporig. Door deze viersporigheid was er vroeger genoeg ruimte om metro's van beide lijnen te ontvangen. Verder bevindt er zich nog een tunnel tussen Klosterstraße aan lijn 2 en Alexanderplatz van lijn 8. Beide verbindingstunnels kunnen alleen door speciale voertuigen bereden worden en dit gebeurt slechts een enkele keer per week.

Beknopte lijnbeschrijvingen


Het net bestaat uit 10 lijnen. De lijnen U1 t/m U4 zijn zogeheten Kleinprofillinien, dit wil zeggen dat zij geschikt zijn voor voertuigen van 2,35 meter breed. De overige lijnen zijn Großprofillinien, waarover voertuigen van 2,65 meter breed rijden.


Lijn U1 gaat van Warschauerstraße naar Uhlandstraße. Het grootste deel van het traject voert over de in 1902 geopende Hochbahn, het viaduct tussen Warschauerstraße en Gleisdreieck.

Lijn U2 rijdt van S-bahnstation Pankow naar Ruhleben. Met ruim 20 kilometer is dit de langste großprofillijn. De lijn komt langs veel belngrijke punten in de binnenstad, zoals het Alexanderplatz, de Potsdamerplatz en de Zoologischer Garten.

Lijn U3 begint bij het Nollendorfplatz, het station waar alle kleinprofillijnen komen, en voert naar het stadsdeel Dahlem in het zuidwesten van de stad. Een verlenging naar het S-bahnstation Mexikoplatz is gepland.

Lijn U4 is de kortste kleinprofillijn, van Nollendorfplatz naar Innsbrückerplatz, die slechts 5 stations telt. Meestal wordt er ook met slechts één metrovoertuig gereden.

Lijn U5 begint bij één van de grootste vervoersknooppunten in de stad, het Alexanderplatz. Bij station Wuhletal bestaat een crossplatform-overstap op S-bahnlijn 5.

De U6 is een noord-zuidverbinding. Ten tijde van de opdeling van de stad voerde een deel van de lijn door Oost-Berlijn, waardoor een aantal stations gesloten werden en de voertuigen er zonder stoppen doorheen reden.

Lijn U7 is de langste lijn met 31 kilometer. Ook ligt deze lijn geheel ondergronds. De lijn is aangelegd als semi-ringlijn om om het centrum van Oost-Berlijn te kunnen rijden.

Ook lijn U8 is een noord-zuidverbinding die deels onder Oost-Berlijn doorgaat. Beide eindpunten (Wittenau en Hermannstraße) liggen bij een S-bahnstation.

Net als lijn U7 is ook lijn U9 een lijn die Oost-Berlijn omzeilt. Ook komt deze lijn bij het vroegere centrale station van Berlijn, Zoologischer Garten.

Lijn U55 is de kortste en nieuwste lijn van de Berlijnse metro, van het Centraal Station naar de Brandenburger Tor. Er is één tussenstation, Bundestag, en de lijn is dermate kort dat één metrotrein voldoende is om de lijn mee te exploiteren. Doortrekking naar Alexanderplatz is nu in bouw, zodat deze lijn met de U5 wordt verbonden en als één lijn kan rijden.