Instapregime

Uit OV in Nederland Wiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Een instapregime geeft aan waar reizigers mogen instappen in een voertuig. Er zijn twee varianten te onderscheiden:

  • Gesloten instapregime: Er mag uitsluitend worden ingestapt door de deur ter hoogte van de bestuurder of conducteur, waar een vervoersbewijs gekocht dient te worden of een geldig vervoerbewijs getoond, afgestempeld of ingecheckt dient te worden.
  • Open instapregime: Er mag door (bijna) alle deuren ingestapt worden. De reizigers zijn zelf verantwoordelijk voor het in bezit zijn van een geldig vervoersbewijs, door middel van:
  • het inchecken met de OV-chipkaart;
  • het kopen van een vervoersbewijs bij de bestuurder of conducteur, kaartautomaat of OV-verkooppunt.

In Nederland geldt een open instapregime bij:

  • alle tramlijnen van de RET en HTM in Rotterdam en Den Haag, inclusief RandstadRail;
  • de tramlijnen in Amsterdam die worden uitgevoerd met het 15G-materieel;
  • de stadsdienst van Almere (allGo);
  • de dubbelgelede bussen in Utrecht (rijden op lijn 28);
  • de buslijnen van het Schipholnet binnen de grenzen van Schiphol;
  • Lijn 300 van R-net tussen Haarlem en Amsterdam en lijn 397 van R-net tussen Nieuw-Vennep en Schiphol;
  • Lijnen 1, 2 en 15 van Q-link in Groningen.

Bij de treinen en metro's, alsook de tramlijnen van U-OV in Utrecht, geldt een ander open instapregime: weliswaar mag bij alle deuren worden ingestapt, maar de reiziger moet bij het betreden van het perron reeds over een geldig vervoerbewijs beschikken. De meeste metro- en treinstations hebben daartoe poortjes om het station af te schermen.